Suzan’s blog: “Doe jij dan helemaal niks meer met leren?”

Na haar eerste blog over thuiswerken – waarin Suzan ons al hardop liet lachen én nadenken – is het tijd voor een nieuwe dosis inspiratie. Dit keer duikt ze in een vraag die ze regelmatig krijgt: “Doe jij nog iets met leren?” Een logische vraag voor wie haar kent uit haar tijd in de wereld van Learning & Development. Het antwoord is niet zo zwart-wit als je misschien denkt. In haar nieuwe blog laat Suzan zien dat de overstap naar werkplekadvies verrassend veel raakvlakken heeft met haar eerdere werk. En geloof ons: je gaat na het lezen nooit meer op dezelfde manier naar ‘de nieuwe werkplek’ kijken.
“Doe jij dan helemaal niks meer met leren?”
Dit is een veel gestelde vraag als ik oude bekenden uit mijn netwerk spreek. Met die vraag wordt verwezen naar mijn vorige jobs in de wereld van Learning & Development. Ik bespeur bij de vraag vaak een ondertoon van verbazing. En dat snap ik wel: ruim 10 jaar heb ik, in de rol consultant of projectleider, met heel veel plezier bedrijven geadviseerd over leervraagstukken. Ik heb een heilig geloof in ‘leren’.
Het antwoord op de vraag of ik nog iets met leren doe was in het begin geen simpele ja of nee. Natuurlijk, het adviseren & ontwerpen van werkplekomgevingen is iets anders dan het adviseren & ontwikkelen van opleidingen. Maar als werkplekadviseur kom ik bij organisaties waarbij ik een aantal overeenkomsten zie tussen de werkomgeving en leren.
De vraag achter de vraag.
Ik start een intakegesprek niet met ‘hoe wil je dat de nieuwe werkomgeving eruit ziet?’. Zo vroeg ik in mijn oude rol ook nooit ‘hoe wil je dat de opleiding eruit ziet?’. Mijn vragen gaan over ambitie, uitdagingen, processen, cultuur, manieren van werken en, niet te vergeten, de mensen van de organisatie. Want hoewel bijvoorbeeld groei van een organisatie of veroudering van meubilair de praktische aanleiding zijn voor het aanpassen van de werkomgeving, spelen de andere aspecten minstens zo’n grote rol. En dat is bij leervragen niet anders.
Zo zat ik bij een klant aan tafel die de werkplekomgeving van 4 naar 2 verdiepingen wilde brengen. In vierkante meters was dit geen probleem. In het gesprek kwam daarnaast de vergadercultuur en het ontbreken van samenwerking naar voren. Het verbeteren daarvan zijn vervolgens net zo’n belangrijke uitgangspunten geworden in het advies als de vierkante meters.
Ik vind alles prima zoals het nu is.
De tweede gelijkenis is de mens achter de vraag. Regelmatig stond ik in mijn ‘leren-tijd’ voor groepen die ik iets wilde leren en hoorde dan:
– “Ik ben hier omdat mijn manager dat wil”.
– “Ik doe dit werk al zo lang op deze manier, wat kan ik nog leren?”
– “Waarom moet ik dit leren?”
Laatst ging ik in gesprek met een groep medewerkers over de wensen over de nieuwe werkplekomgeving. Een kleine glimlach kon ik niet onderdrukken:
– “Ik wil graag op dezelfde plek blijven zitten”.
– “Ik vind alles prima zoals het nu is”.
– “Ik wil liever een vaste werkplek dan een flexplek”.
Zie je de gelijkenissen? Zorgen over hetgeen er gaat veranderen. En dat is logisch, want veranderingen in de basis zijn lastig. We zijn van nature geneigd vast te houden aan wat vertrouwd en voorspelbaar is. En een focusruimte, flexplekken of staand overleggen in de Scrum ruimte zijn vaak (nog) niet vertrouwd.
Overigens is het met beide groepen goed gekomen. Luisteren, luisteren en doorluisteren bleek maar weer eens de succesfactor ;-).